Minderheidstalen en dialecten
Denemarken kent maar één officiële taal: Het Deens. Toch spreekt niet iedereen in het Koninkrijk Denemarken Deens. Het kan zijn dat je de Deense taal intensief bestudeerd hebt en tijdens je vakantie in Denemarken iemand in een hele andere taal hoort spreken. Vooral in de overzeese gebieden onder Deens bestuur valt op taalkundig gebied veel te ontdekken.
Dialecten van het Deens
De traditionele Deense dialecten zijn onderverdeeld in drie dialectgebieden:
Insulair Deens (ømål), waaronder de dialecten van de Deense eilanden Seeland, Funen, Lolland, Falster en Møn.
Jutlands (jysk), verder onderverdeeld in Noord-, Oost-, West- en Zuid-Jutlands
Oost-Deens (østdansk), waaronder de dialecten van Bornholm (bornholmsk), Scania, Halland en Blekinge in het zuiden van Zweden.
Enkele opvallende kenmerken van de dialecten zijn:
- Sommige dialecten kennen nog 3 grammaticale geslachten (net als bijvoorbeeld het Duits).
- Sommige dialecten plaatsen het bepaald lidwoord los voor het zelfstandig naamwoord, zoals in het Nederlands of Duits, in plaats zoals in het standaard-Deens, het bepaald lidwoord achter het zelfstandig naamwoord te 'lijmen'. Zo is 'het huis' in het standaard-Deens 'huset', maar in de Jutlandse dialecten 'æ hus'.
Andere talen binnen het Koninkrijk Denemarken
Faeroërs
Ten noorden van Groot-Brittannië, halverwege tussen Noorwegen
en IJsland liggen de Faeroër-eilanden. De eilanden behoren
tot het Deense Koninkrijk maar genieten een grote mate van autonomie.
De eilandengroep telt slechts zo'n 40.000 inwoners maar heeft wel
een eigen taal. Het Faeroërs behoort net als het Deens tot
de Noord-Germaanse taalgroep. Aan het Faeroërs zijn veel veranderingen
voorbijgegaan die zich in de Deense taal wel voordeden. Hetzelfde
geldt voor het IJslands.
Inuktikut
Inuktikut is de taal van de oorspronkelijke bewoners van Groenland.
De taal behoort tot de Eskimo-Aleut taalfamilie en is daarmee een
volstrekt andere taal dan het Deens.
Duits en Nedersaksisch
In de grensgebieden met Duitsland leeft een Duitstalige minderheid
in Denemarken. Een deel daarvan spreekt geen standaard-Duits (Hoog-Duits),
maar Laag-Duits, in het Deens Plattysk genoemd (plat = plat, tysk
= Duits). Dit Plattduits, ook wel Nedersaksisch geheten wordt ook in
Noord-Duitsland en in de noord-oostelijke provincies van Nederland
(van de Achterhoek tot Goningen) gesproken.
2024 Harmen Schoonekamp | Contact | Talennet | Webplattegrond. . .
"De hel, dat zijn de anderen.
Helvede er de andre.
"